Mysterieuze ruïne wordt prachtig uitkijkplatform

Het erfgoedlandschap Poelberg – Meikensbossen bevat een schat aan verhalen. Het bevindt zich in de uithoek van Tielt en Dentergem in West-Vlaanderen en laat zich perfect ontdekken dankzij een wandelnetwerk. De kern van het gebied wordt gevormd door de Sint-Annakapel met zijn opmerkelijke geschiedenis. Het Leuvens architectenbureau DMOA heeft grote plannen met de ruïne.

In het vroegere plattelandsschooltje bovenop de Poelberg huist nu een bezoekerscentrum. De Meikensbossen aan de voet van de heuvel groeiden in enkele jaren tijd uit tot een bos van 70 hectare.
In deze uithoek van twee gemeenten woonden in de 19e eeuw heel wat meer mensen. De meesten woonden in kleine arbeidershuisjes die nu bijna allemaal onder het maaiveld zijn verdwenen. Er heerste armoede en velen waren verslaafd aan alcohol.
Patroonheilige van armoezaaiers
De steenrijke Adélie Van der Meulen (1803 – 1875) zag het met lede ogen aan. De Dentergemse was gehuwd met de koopman Emile Mulle uit Tielt. Vanaf 1870 voegden hij en zijn nakomelingen ‘de Terschueren’ toe aan hun familienaam. Het koppel bezat veel grond op en rond de Poelberg. Adélie droomde luidop van een eigen parochie in deze uithoek, “op een uur stappen van de kerken van Tielt en Dentergem”. Ze wou er een eigen bidplaats oprichten.

In 1864 liet ze een kapel bouwen. De opdracht voor de bouw van de neogotische zaalkerk ging naar Pierre Nicolas Croquison, de provincie-architect. In het Kortrijkse wordt nog steeds smalend met een ‘croquisonnerie’ een onzorgvuldigheid in een bouwwerk bedoeld.
Patroonheilige van de kapel werd de heilige Anna, naar de moeder van Maria en patrones van de armoezaaiers. De heilige Anna wordt afgebeeld boven de ingang van de kapel. Boven het beeld hangt het wapenschild van de Mulle de Terschuerens.
Verkeerd georiënteerd
De pastoor van Dentergem was allerminst te spreken over deze nieuwe kapel. Hij lag meteen dwars en adviseerde bisschop de kerk niet te wijden. De bisschop volgde de argumenten van de pastoor en liet Adélie weten dat de kapel verkeerd georiënteerd stond, namelijk noord-zuid in plaats van oost-west. Op 6 oktober 1885 schreef de bisschop het volgende: “Ware ik intijds geraadpleegd geweest, ik zou voorzekers het bouwen, op die ver afgelegen plaats, eener kapel of opene en afgezonderde oratorium afgekeurd hebben (…).” De verkeerde oriëntatie was een drogreden.

Aardappelloods en koeienstal
Nog jarenlang probeerden Adélie, haar kleindochter en bewoners van deze Dentergemse uithoek de kapel gewijd te krijgen, tevergeefs. Het interieur verhuisde naar het rusthuis van Tielt.
De kapel werd een opslagplaats voor de boeren, nu eens een aardappelloods dan weer een koeienstal, maar bleef in handen van de familie Mulle de Terschueren. Af en toe ontmoetten prille koppeltjes er elkaar in het geheim. Het verhaal doet de ronde dat de Duitsers in mei 1940 in de kapel kinderen en vrouwen samen brachten en bedreigden met een mitrailleur.
In de loop van de decennia brokkelde de trotse kapel steeds verder af. Elke wandelaar en fietser met een fototoestel legt de kapel op deze op het eerste zicht bijzondere plek op een spie in een koeienweide vast op gevoelige plaat.
Indrukwekkend panoramaterras
DMOA Architecten uit Leuven wil de ruïne redden met een wel heel bijzonder project, een onroerend erfgoedprijs waardig. “De vader van mijn vennoot Matthias Mattelaer kocht de ruïne twintig jaar geleden. Een jaar voordien pas had de familie Mulle de Terschueren de grond van de hand gedaan. Hij probeerde er vrij lang zijn woning van te maken, maar die plannen kwamen niet van de grond”, vertelt Benjamin Denef.

Een aantal jaar geleden kochten de twee vennoten op hun beurt de ruïne. Eerst hadden ze wilde plannen om het te verbouwen tot vakantiehuis met ondergrondse kamers om zo de ruïne in zijn waarde te laten. Die plannen bleken minder goed te stroken met het beschermde landschap waarin de kapel zich bevindt.
In samenspraak met Onroerend Erfgoed en de gemeente Dentergem ontwikkelde het architectenbureau een nieuw plan. Ondertussen trokken ze ook een derde partner aan, jeugdvriend Bert Devos die de exploitatie van de kapel zal opvolgen. “We gaan de ruïne grotendeels behouden zoals die is. Binnen wordt een event- en vergaderruimte en buiten zal er een publiek toegankelijk uitkijkplatform worden gecreëerd.” Het panoramaterras zal toegankelijk zijn via de trage weg die langs de ruïne loopt. “Aan deze kant zou in 1864 een pastorie aangebouwd zijn, dat vonden we in een oud geschrift terug. De aanbouw is deels ook te zien aan de muur.”
Het bijgebouw wordt een driehoekvormig volume met een trap en eronder allerlei nutsvoorzieningen voor de vergaderruimtes. “De bijbouw is vanuit het belangrijkste perspectief op de Tieltseweg niet te zien. Boven voorzien we een interactieve module zodat bezoekers er meer te weten kunnen komen over de geschiedenis van de iconische kapel. Je kijkt er uit over een prachtig beschermd landschap met de Poelberg en de Poelbergmolen als absolute blikvangers.”
